home

 

tromboflebitis, aderontsteking

register

 

ten

 

 

 

 

Inleiding
Aderontsteking of tromboflebitis is een ontsteking in een oppervlakkige ader, waarbij een bloedstolsel ontstaat, meestal in het been. Het kan vanzelf ontstaan of na een uitwendige beschadiging (stoten) en het komt nog al eens voor na bloedprikken. Er zijn twee soorten ontstekingen: oppervakkige en diep-veneuze.
De eerste treft aderen, direct onder het huidoppervlak gelegen, ontstaat na letsel of na een infuus. De diepere diep-veneuze tromboflebitis treffen meestel grotere aderen. Hierbij heeft men te maken met een afgesloten ader, vaak in het onderbeen. De oorzaak hiervan is een bloedstolsel. De circulatie wordt hierdoor met veel pijn verstoord. Bovendien kan het stolsel losraken en met de bloedstroom worden meegevoerd tot in hart, longen of hersenen, waardoor levensbedreigende situaties kunnen ontstaan. Na een operatie of langdurige bedrust is het risico op tromboflebitis vergroot.

 

Verschijnselen
Rode, gezwollen, warme huidplek, plaatselijke pijn, harde onderhuidse streng of knobbel, vorming van kleine, plaatselijke bloedstolsels. Het bloedvat in de buurt kan hard aanvoelen.

 

Diagnose
De arts stelt de diagnose tromboflebitis in eerste instantie op basis van het uiterlijk van het getroffen gebied. Met behulp van een doppler-scan (echografie) is te zien of er sprake is van een bloedstolsel of van afwijkingen in de stroming van het bloed door een vernauwing van de bloedvaten. Een grotere nauwkeurigheid heeft de flebografie, een techniek waarbij kleurstof wordt ingebracht in de aderen.

 

Behandeling
Bij oppervlakkige tromboflebitis kan de behandeling onder andere bestaan uit pijnstillers, steunkousen, drukverband en hoger leggen van het getroffen lichaamsdeel. Als het stolsel wat groter is, of bij veel klachten, dient de huisarts worden geraadpleegd.
Antibiotica worden voorgeschreven bij een infectie en eenvoudige ontsteking-remmende pijnstillers, zoals ibuprofen en (acetyl-)salicylaten. Daarnaast wordt vaak heparinoïden-zalf gebruikt. Diep-veneuze trombose wordt meestal behandeld met antistollingsmiddelen zoals Warfarin of Heparin. Ook kan het stolsel operatief worden verwijderd.