Algemeen
Cerebrovasculair accident (CVA) is de medische term voor een beroerte.
Cerebrovasculaire accidenten worden grofweg ingedeeld in bloedige CVA's
(hersenbloedingen) en niet-bloedige CVA's (herseninfarcten).
CVA is een belangrijke doodsoorzaak. Ook raken velen invalide door een
beroerte. Welke verschijnselen optreden is afhankelijk van de plaats van de
beroerte. De verschijnselen worden na een paar weken tot maanden minder.
Toch kunnen de restverschijnselen zeer ernstig zijn. Dit alles verschilt van
persoon tot persoon. De meest voorkomende verschijnselen zijn:
-
verlamming van één helft van het lichaam
(bij CVA in de linkerhersenhelft → verlamming in rechterlichaamshelft, en
andersom).
-
spasticiteit en spasme van één helft van
het lichaam of een been of arm.
-
blindheid aan één kant. Ook dubbelzien aan
één kant komt voor.
-
geheugenstoornissen,
concentratiestoornissen, gebrek aan initiatief/interesse
-
epileptische aanvallen van het gehele
lichaam of een gedeelte van het lichaam
vermoeidheid
-
moeilijkheden met kauwen/slikken/praten
door verlamming van spieren in de mond
problemen met taal (schrijven, spreken (afasie), begrijpen, lezen)
-
gedragsverandering
-
duizeligheid, verstoord evenwicht
-
incontinentie
-
plotseling opzettende zeer hevige
hoofdpijn.
Bij een CVA in de taaldominante
hersenhelft (in 95% van de bevolking is dat de linker hersenhelft)
kan afasie optreden (bijv: niet meer kunnen praten of woorden niet kunnen
begrijpen). Men kan moeite krijgen met het herkennen van dingen, alsmede met
alledaagse handelingen.
Bij een CVA in de niet-taaldominante hersenhelft (bij 95% de
rechter hersenhelft) kunnen er emotionele veranderingen optreden:
overschatting van het eigen kunnen, impulsief gedrag en een verstoord
inzicht in de eigen emoties. Ook ontstaan er vaak moeilijkheden met het
inschatten van ruimte en tijd.
Hoe beroerte herkennen en wat ondernemen?
Omdat de hersenen slechts een korte tijd zonder zuurstof kunnen is het
belangrijk om snel te handelen als iemand een beroerte heeft. Daarom is het
goed om de waarschuwingstekens van een beroerte zelf te kennen, zodat de
hulpdiensten snel verwittigd kunnen worden wanneer een beroerte optreedt.
Zelfs als de waarschuwingstekens slechts enkele minuten duren is het de
moeite om naar de spoedgevallen te komen. Een zesde van de patiënten met een
beroerte heeft in de dagen tot weken voor de beroerte deze
waarschuwingstekens al gehad gedurende enkele minuten. Deze voorbodes van
een beroerte worden ook TIA (transiente ischemische aanval) of mini-beroerte
genoemd. Als de oorzaak van een TIA tijdig opgespoord wordt kan de beroerte
zelf voorkomen worden.
Bel de hulpdiensten zo snel mogelijk als u deze symptomen opmerkt:
-
Plots krachtsverlies in gelaat, arm of
been
-
Plotse gevoelsstoornissen in gelaat, arm
of been
-
Plotse last om te spreken of om mensen te
verstaan
-
Plotse blindheid of een wazig zicht uit
een of beide ogen
-
Plotse duizeligheid of
evenwichtsstoornissen
-
Plotse zeer hevige hoofdpijn
De FAST-test
De FAST-test (Face Arm Speech Test) is een snelle test om een beroerte bij
iemand te herkennen. Hieronder staat aangegeven hoe deze test wordt
uitgevoerd:
-
Face (gezicht) : vraag aan de persoon om
te lachen of de tanden te laten zien. Als de mond scheef staat of een
mondhoek naar beneden hangt, kan dit duiden op een beroerte.
-
Arm (arm) : vraag aan de persoon om beide
armen op te tillen en voor zich uit te strekken met de binnenzijde van de
hand naar boven. Als een arm wegzakt of rondzwalkt kan dit duiden op een
beroerte. Vraag best ook aan de persoon om de ogen te sluiten, dit
vermijdt dat men visueel gaat corrigeren als een arm begint weg te zakken.
-
Speech (spraak) : vraag aan de persoon of
aan omstanders of er verandering in het spreken zijn opgetreden. Als de
persoon onduidelijk begon te spreken of niet meer uit de woorden kon
komen, kan dit duiden op een beroerte.
Doet minimaal één van deze bovenstaande
verschijnselen zich voor, handel dan direct en bel 112. Hoe eerder een
beroerte behandeld wordt, hoe meer kans op herstel. Geef ook door aan 112
hoe laat de verschijnselen begonnen.
Tot slot kan de T in FAST gebruikt worden voor Tijd. Het is belangrijk om
bij één of meer signalen zoals hierboven beschreven, de tijd van aanvang van
de verschijnselen te onthouden en door te geven aan de huisarts of aan 112.
Dit is van belang voor de behandeling.
Risicofactoren
Beïnvloedbare risicofactoren
-
hoge bloeddruk
-
roken (nog gevaarlijker in combinatie
met de anticonceptiepil)
-
overgewicht
-
verhoogd cholesterol
-
onvoldoende lichaamsbeweging
-
suikerziekte
-
voorkamerfibrillatie of boezemfladderen
-
aderverkalking (arteriosclerose) van de
halsvaten
-
patiënten met een hartaandoeningen
hebben ook een verhoogd risico
Onbeïnvloedbare risicofactoren
-
leeftijd (hoe ouder men wordt hoe hoger
de kans op een CVA)
-
geslacht (volgens de statistieken hebben
mannen meer kans op een CVA dan vrouwen)
-
familiale voorgeschiedenis
(erfelijkheid)
Hoe ontstaan beroertes?
Ischemische beroertes
Ischemische beroertes of CVA's ontstaan als een bloedvat verstopt raakt. De
oorzaak van de blokkage is meestal een klonter of stolsel. De klonter kan in
de bloedvaten van de hersenen ontstaan of in bloedvaten die bloed van het
hart naar de hersenen brengen. Dit type beroerte wordt een hersentrombose
genoemd. Deze klonters ontstaan typisch op plaatsen waar aderverkalking of
atherosclerose de bloedvaten beschadigd heeft. Aderverkalking is een ziekte waarbij vetten
zich in de bloedvatwand opstapelen. Deze opstapeling vernauwt het bloedvat
geleidelijk en veroorzaakt een vertraging van de bloedstroom. Een embolische
beroerte ontstaat wanneer een stuk klonter losbreekt uit het hart of uit een
bloedvat in de hals. De klonter (of embool) volgt de bloedstroom tot in de
hersenen. Op een bepaald ogenblik is de klonter groter dan het bloedvat
waarin het meereist en dit verstopt het bloedvat. Soms wordt de term
herseninfarct gebruikt in verband met deze twee types beroertes. Een infarct
is een deel van de hersenen dat dood is, door een blokkage van het bloedvat
door een trombus of een embolie.
Hersenbloeding
Hersenbloedingen ontstaan wanneer een bloedvat in of rond de hersenen
openbarst. Als dit gebeurt krijgen de hersencellen ook geen voedingsstoffen
en zuurstof meer en sterven geleidelijk af. Het bloed dat uit het bloedvat
vloeit duwt het normale hersenweefsel weg.
Er zijn twee types hersenbloedingen; subarachnoïdale bloedingen en
intracerebrale hematomen.
Bij een subarachnoïdale bloeding bevindt het bloed zich in de ruimte tussen
de hersenen en de schedel. Subarachnoidale bloedingen worden vaak
veroorzaakt door het openbreken van een aneurysma, een abnormale uitstulping
van een bloedvat. Deze abnormale uitstulping ontstaat op een zwakke plek in
een hersenbloedvat. Deze zwakke plek stulpt over de jaren meer en meer uit,
onder meer onder invloed van hoge bloeddruk en roken. Uiteindelijk kan dit
aneurysma openbarsten en een hersenbloeding veroorzaken.
Een intracerebraal hematoom ontstaat als het bloed dat uit het bloedvat komt
zich in het hersenweefsel opstapelt.
|