home

 

epilepsie, vallende ziekte

register

 

ten

 

 

 

  Inleiding
Epilepsie is een aandoening die zich uit in de vorm van aanvallen. Aanvallen ontstaan door een plotselinge, tijdelijke verstoring van de elektrische prikkeloverdracht in de hersenen. Aanvallen verschillen van persoon tot persoon. Dat komt doordat er vele verschillende oorzaken zijn voor epilepsie. Die oorzaken bepalen de soort aanvallen en hoe vaak de aanvallen voorkomen.

Wilt u uitgebreide uitleg over 'wat is epilepsie?', bekijk dan deze video (Flash). (Klik hier als u problemen ondervindt met het bekijken van deze video.)

Wat gebeurt er tijdens een aanval
Alles wat een mens denkt en doet, wordt gestuurd door de hersenen. Zonder die aansturing kan een mens niet bewegen, horen, zien, ruiken of zelfs ademhalen. Hersenen bestaan uit miljarden hersencellen, die voortdurend boodschappen aan elkaar doorgeven. Dat gebeurt via elektrische impulsen (kleine stroomstootjes) en chemische stoffen (neurotransmitters) die de prikkel overdragen van de ene hersencel op de andere. Soms wordt dit systeem, door wat voor oorzaak dan ook, verstoord. Het gevolg van de storing is een plotselinge en overmatige ontlading van (groepen) hersencellen, te vergelijken met een soort kortsluiting. Dit uit zich dan in een aanval. Met een EEG (elektro-encefalogram) is het mogelijk de elektrische activiteit van de hersenen te onderzoeken.

Verschijnselen
Een aanval kan zich op verschillende manieren uiten. Dit is afhankelijk van het gebied van de hersenen waar op dat moment de overmatige ontlading plaats vindt en hoe groot dat gebied is. Iemand kan vallen, schokken, vreemde bewegingen maken, iets vreemds ruiken of even afwezig zijn. Er zijn veel verschillende soorten epileptische aanvallen. Wanneer er geen aanval is, functioneren de hersenen van iemand met epilepsie meestal net zoals die van ieder ander. Er is dan dus niets aan hem of haar te merken.

Wanneer epilepsie
Na één aanval kan men nog niet zeggen dat iemand epilepsie heeft. Er zijn andere aandoeningen die epileptische aanvallen kunnen veroorzaken. Bijvoorbeeld plotseling voorkomende veranderingen van het hartritme, een laag bloedsuikergehalte of plotselinge temperatuurstijgingen (koortsstuipen) bij kinderen. Er kunnen dus aanvallen voorkomen die lijken op epileptische aanvallen (niet-epileptische aanvallen). Als de oorzaak van de aanvallen niet vanuit de hersenen komt, wordt dit geen epilepsie genoemd. Ook kan het zijn dat een aanval door bepaalde omstandigheden is uitgelokt. Zo´n aanval wordt wel een gelegenheidsaanval genoemd. Hierbij is dan wel sprake van een epileptische aanval, maar de kans op een volgende aanval is betrekkelijk klein. Na een eerste aanval wordt (meestal) geen behandeling ingezet, omdat er immers geen tweede hoeft te volgen. Van epilepsie is pas sprake wanneer iemand met enige regelmaat aanvallen heeft en onderzoek heeft uitgewezen dat de aanvallen veroorzaakt worden door een stoornis in de hersenen.

Op elke leeftijd
Epilepsie kan op iedere leeftijd voorkomen en ontstaan, maar in ongeveer 70% van de gevallen begint het voor of rond het 20e levensjaar. Een aantal vormen is leeftijdsgebonden. Dat wil zeggen dat de aanvallen in een bepaalde leeftijdsperiode voorkomen en met het ouder worden weer verdwijnen. Veel vormen van epilepsie worden echter veroorzaakt door aanleg, een hersenziekte of een hersenbeschadiging. Die aanvallen verdwijnen zelden spontaan.

Behandeling
De oorzaak van epilepsie is zelden weg te nemen. De meest gangbare manier om epilepsie te behandelen is met medicijnen, de zogeheten anti-epileptica. Medicijnen werken niet genezend. Gelukkig kunnen de meeste aanvallen goed worden onderdrukt met medicijnen.